1. Home
  2. Docs
  3. Moestuinlessen
  4. Moestuinlessen 2024
  5. Moestuinles 26 week 34

Moestuinles 26 week 34

Wat is er afgelopen week gebeurd

Afgelopen week viel ons op dat onze jonge aanplant al goed is aangeslagen. De radicchio, paksoi, kropsla en koolrabi zijn in korte tijd goed gegroeid. De eerste paksoi zijn op de meeste tuinen zelfs al oogstbaar. In het blad van onze paksoi, en ook die van de Chinese kolen, komen er in het begin vaak kleine gaatjes die worden veroorzaakt door de aardvlo. Dit is een kevertje dat vaak zijn sporen achterlaat in onze tuin maar voor de rest een beetje mysterieus blijft. Vandaar schenken we deze week een stukje over dit beestje in de moestuinles. Daarnaast goed om onze mais in de gaten te houden, ondanks dat de planten zelf dit jaar klein zijn gebleven is de verwachting dat de eerste kolven binnenkort rijp zijn. Als de draden die boven de kolf hangen helemaal donkerbruin en droog zijn kunnen ze worden geoogst. De korrels zijn dan lichtgeel tot geel van kleur en lekker zoet en sappig zoals we graag willen.

Wat gaan we deze week doen

Mocht er alweer een aardappelbed helemaal leeg zijn dan kan dit bed weer in een mooi zaaibed gemaakt worden om daar vervolgens een combinatieteelt van spinazie en veldsla in te zaaien. De radijs staat gepland na de bloemkool. Voor de rest komen alle andere geplande teelten ook allemaal op de aardappelbedden te staan. Als er dus nog lege bedden zijn die niet de aardappelbedden zijn kunnen die in overleg met de tuinder nog worden ingezaaid met zaad dat over is of een groenbemester. Daarnaast is onderhoud van onkruid en het mooi houden van de borders ook iets dat wekelijks aandacht nodig heeft en kan er waarschijnlijk weer gesproeid worden. 

Week 34 Wat
Zaaien radijs, spinazie, veldsla
Oogsten snijbiet, spinaziezuring, pluksla, stengelui, tomaten, aubergine, paprika, courgette, komkommer, mais, venkel, bieten, bleekselderij, sperziebonen, snijbonen, zomerwortels, prei, aardappelen, Chinese kool, paksoi, aardbeien, div. kruiden en (eetbare)bloemen

In de kennisbank bij plantinformatie vind je uitgebreide informatie over de groenten die we dit jaar telen.

Voortplanting aardappels

Nu we aardappels aan het oogsten vertellen we graag nog iets over de voorplanting van dit gewas. Want waarom maakt de aardappel zowel bloemen, vruchtjes en zaad als knollen? Beide zijn manieren voor de plant om zich voort te planten. Maar er zit een cruciaal verschil in wat voor telers van belang is. Zaad komt tot stand door de bevruchting van een andere plant, hierdoor is het zaadje genetisch anders dan de moeder, het is immers de combinatie van 2 verschillende planten. De knol is een genetische kopie van de plant, hier is immers geen bestuiving van een andere plant bijgekomen. Daarom gebruiken we voor de aardappel als pootgoed de knol. De genetische eigenschappen van de moederplant zijn immers bekend, dus die van de knol ook. Maar die van het zaad niet, dit is maar afwachten wat die plant gaat doen. Dit houdt niet in dat het per definitie slechter is, het is vooral onbekend. En daar kunnen we (op grote schaal) de voedselvoorziening niet vanaf laten hangen. Voor ons in onze moestuin is het vooral fijn te weten dat we lekker maar ook een productief soort aardappel hebben. 

De aardvlo

De aardvlo hij knaagt graag aan onze koolplantjes zoals eerder genoemd, bijvoorbeeld in onze paksoi. Maar wat voor iets is dit hongerige insect eigenlijk? De aardvlo (Phyllotreta spp.) is een erg klein bladkevertje dat er bekend om staat een voorkeur voor brassica gewassen te hebben, een belangrijke groep gewassen in onze moestuin. Boerenkool, radijs, bloemkool en romanesco behoren tot deze groep om er maar een paar op te noemen. De gaten die in de bladeren van de planten gegeten worden zijn erg klein, dit komt doordat de aardvlo zelf maar 2 tot 4 millimeter lang is en dat is ook gelijk de reden dat we de aardvlo zelf bijna nooit zien in de tuin. De aardvlo is dus geen vlo maar een bladkever. Hij wordt een vlo genoemd omdat hij zoals een echte vlo erg hoog kan springen en zo aan de bladeren kan komen om hier aan te knabbelen. Ondanks de schade er soms heftig uitziet groeit de plant hier zo goed als altijd overheen. 

Zo voorkom je de meeste schade:

  • Zorg voor genoeg humus in de grond. Compost is daarvoor het beste middel.
  • Mulch met laagjes grasmaaisel, bladeren of compost tussen de rijen.
  • Broes regelmatig (natmaken): zo houd je het gewas en de bodem vochtig.