1. Home
  2. Docs
  3. Moestuinlessen
  4. Moestuinlessen 2024
  5. Moestuinles 28 week 36

Moestuinles 28 week 36

Wat is er afgelopen week gebeurd

Vorige week hadden we eigenlijk de laatste zaaironde, van eetbare gewassen in ieder geval, want we gaan de komende periode nog wel groenbemesters zaaien. Het viel ons op dat de tuinen steeds herfstiger aandoen. Er is nu ook steeds een groter onderscheid te zien tussen de gewassen zoals boerenkool, pompoen, maïs en pastinaak die er nog erg goed bij staan en bijvoorbeeld de tomaten en komkommers die, afhankelijk van waar je tuiniert, nog een laatste oogst geven. 

Wat gaan we deze week doen

Deze week hebben we heerlijk kunnen genieten van zomerse temperaturen. Al zijn de nachten wel steeds frisser, we gaan dit weekend weer temperaturen van rond de 28 graden aantikken. Dat betekent dat we onze zaailingen extra moeten gaan besproeien. Zaailingen zijn heel fragiel en kunnen elke hulp gebruiken zodat wij nog een mooie najaarsoogst kunnen verzamelen. Vanaf volgende week gaan beginnen met het inzaaien van de groenbemesters winterrogge en wikke. Eventueel kunnen hier al bedden voor worden klaargemaakt.

Groenbemesters zijn planten die gezaaid worden als er geen gewassen meer in de tuin zijn. De groenbemesters hebben als functie om stikstof te binden in de bodem zoals je hieronder kan lezen. Maar ook om met hun wortels allerlei nutriënten vast te houden zodat deze niet uitspoelen tijdens de winter. Ook maken de groenbemesters de grond los met hun wortels zodat storende lagen opengebroken worden en we het jaar daarop een nog vruchtbaardere moestuin hebben.

Week 36 Wat
Zaaien
Oogsten snijbiet, pluksla, kropsla, stengelui, tomaten, aubergine, paprika, courgette, komkommer, mais, venkel, bleekselderij, sperziebonen, snijbonen, zomerwortels, prei, Chinese kool, paksoi, aardbeien, div. kruiden en (eetbare)bloemen

In de kennisbank bij plantinformatie vind je uitgebreide informatie over de groenten die we dit jaar telen.

Vlinderbloemigen en stikstofbinders

We hebben in de tuin een aantal vlinderbloemigen staan, dit zijn eigenlijk alle soorten peultjes, boontjes en tuinbonen die we eten maar ook de wikke die we gaan zaaien als groenbemester. Deze planten hebben de bijzondere eigenschap dat ze in wortelstelsels bolletjes maken waar stikstofbindende bacteriën rhizobium bacteriën genaamd in kunnen wonen. Deze bacteriën kunnen stikstof uit de lucht halen en direct aan de plant geven. Als deze planten met hun wortels al genoeg stikstof kunnen krijgen door bijvoorbeeld mest in het bed, dan slaan ze de samenwerking met de bacteriën over. De bacteriën leveren hun diensten namelijk niet gratis, ze vragen er suiker voor van de plant. Niet alleen peulgewassen uit de vlinderbloemige familie kunnen dit, ook sommige bomen en wilde planten kunnen dit. Zo zie je vaak brem op zandgronden die daar van nature dicht bij bomen groeien waar ze dezelfde functie vervullen. Ook zijn er bomen zoals de zwarte els die met de rhizobium bacteriën samenwerken! 

Lees hier meer over Rhizobium bacteriën en hun levendige ruilhandel.

Meeldauw 

Meeldauw, we zien het soms voorbijkomen in de tuin. Courgettes hebben er vaak last van maar meeldauw beperkt zich niet tot groentes, alleen ook bomen, sierplanten en granen kunnen er last van hebben. Meeldauw is een schimmel en zoals de meeste andere schimmels gedijen ze goed in vochtige en warme omstandigheden. Kenmerkend voor meeldauw is de witte, poeder of meelachtige substantie die zich aan de bovenkant van de bladeren vormt. Omdat het zich snel over een blad verspreidt kan het het proces van fotosynthese van de plant verstoren. Bladeren waar veel meeldauw op zit snoeien we vaak weg zodat de meeldauw zich niet verder kan verspreiden naar andere omringende planten. 

Als je thuis last hebt van meeldauw zijn er een paar goede huismiddeltjes zoals het spuiten van verdunde melk of appelciderazijn op de bladeren. Dit zal de plant niet schaden maar de omstandigheden voor de schimmel minder maken waardoor het uiteindelijk minder zal worden. 

Meeldauw op Courgette