Kennisbank de Tuinders

  1. Home
  2. Docs
  3. Kennisbank de Tuinders
  4. Artikelen
  5. Een biodiverse tuin

Een biodiverse tuin

Hoe meer dieren er scharrelen, zoemen, en kruipen in jouw tuin, hoe beter. De biodiversiteit op je tuin zorgt voor meer balans, gezelligheid en minder werk. Want als de natuur zijn werk doet hoef jij minder in te grijpen.

Bijen & hommels

Bijen en hommels zijn bestuivers en zijn heel erg belangrijk voor de moestuin. Zij zorgen namelijk voor de bevruchting van je planten en fruitbomen. Wanneer ze op zoek gaan naar nectar bezoeken ze alle bloemen. Daarbij nemen ze stuifmeel mee aan hun pootjes, van de mannelijke bloem naar de stamper van de vrouwelijke bloem. Door bij-vriendelijke bloemen in je tuin te planten trek je bijen en hommels aan en komt je tuin tot leven! Phacelia is een populaire onder de bijen, ze wordt ook wel bijenvoer genoemd. Maar aster, bijenboom, bijenkorfje, echinacea, ereprijs, kattenkruid, lavendel, salvia, tijm en zonnebloem zijn allemaal nectar planten waar bijen blij van worden.

Vogels

Naast het feit dat vogelgefluit en rondscharrelende vogels in je tuin gezellig en leuk is, zijn ze ook erg waardevol voor het bewaren van de natuurlijke balans in je tuin. Ze eten veel plaagdieren op, vooral in het voorjaar als ze hun jongen moeten voeren. De jongen krijgen dierlijk eiwit in de vorm van rupsen, bladluizen en spinnetjes. Door een nestkastje op te hangen, een vogelbadje en het hele jaar voedsel aan te bieden, blijven vogels in je tuin. Leg voor de merel en de spreeuw een steen neer. Daarop kraken ze slakkenhuizen. Andere insectenetende vogels zoals het roodborstje, winterkoninkje, zwaluw, specht en de mus vangen ook insecten als ze geen kleintjes hebben.

Vlinders

Vlinders voeden zich met nectar en bezoeken dus de verschillende bloemen in je tuin. Hierdoor vindt er bestuiving plaats, wat betekent dat de planten zich kunnen voortplanten. Nuttig dus! Naast nectarplanten hebben vlinders ook behoefte aan specifieke planten waar ze hun eitjes op kunnen leggen. Dit worden waardplanten genoemd. Dat is voor elke vlinder een andere plant. Zo legt de Koninginnepage haar eitjes op de bladeren van de wilde peen, venkel en dille. Het koolwitje gebruikt daarvoor, je raadt het al, verschillende koolsoorten. Maar ook brandnetel, gras en klimop zijn belangrijke planten waar vlinders graag hun eitjes leggen. De meeste waardplanten zijn inheems, dus van Nederlandse bodem.
Kijk op de website van de Vlinderstichting voor een overzicht met de waardplanten van tuinvlinders.

Hoe kan je meer vlinders lokken naar je tuin?

  • Hang een vlinderkast op in je tuin.
  • Plant inheemse nectar bloemen zodat de vlinders voldoende te eten hebben.
  • Zorg voor warme beschutte plekjes waar vlinders kunnen opwarmen, zoals een haag.
  • Maai het gazon niet meer dan twee keer per jaar zodat er wilde weidebloemen kunnen groeien.
  • Laat uitgebloeide planten staan.
  • Maak een kruidentuintje; vlinders zijn dol op rozemarijn, lavendel, kattekruid, marjolein en tijm.
  • Plant bepaalde waardplanten om de bedreigde soorten een handje te helpen.
Amfibieën en reptielen

Amfibieën voelen zich thuis in een rommelige tuin met veel vaste planten, en vochtige plekken. Een vijver is ook goede plek. Kikkers en padden planten zich er in voort. In de nacht jagen deze dieren op insecten, slakken en spinnen. Daarnaast eten kikkers in de vijver eventuele muggenlarven op. Ze zijn dus nuttig voor je tuin! Wil je ze een handje helpen? Geef ze een plekje waar ze overdag kunnen schuilen en kunnen overwinteren. Salamanders houden van stenenmuurtjes en rommelhoekjes. Kikkers leven in vijvers en leggen daar in het voorjaar hun eitjes. Padden leven op het land, zij zoeken alleen het water op om zich voort te planten. Overdag en in de winter graven ze zich in in de grond. Zij verblijven graag in rommelhoekjes, tussen boomwortels of onder een steen.

De Egel

Egels zijn solitaire dieren, wat betekent dat ze alleen leven. Ze houden van een gevarieerd landschap met veel beschutting. Bosranden, boomgaarden en natuurlijke tuinen vormen een ideaal leefgebied. Egels voeden zich vooral met kevers, regenwormen, spinnen, slakken, duizendpoten en rupsen. Helaas gaat de egelpopulatie achteruit. Hun leefgebied wordt steeds kleiner, de omgeving wordt steeds gevaarlijker en er is minder voedsel te vinden. Jij kan meehelpen om het leefgebied van de egel te vergroten. Dit kan je doen:

  • Zorg ervoor dat de egel gemakkelijk van jouw tuin naar de volgende tuin kan lopen. Zorg voor openingen in schuttingen. Dit noem je een egelsnelweg. Het gat moet zo’n 15 bij 15 centimeter groot zijn.
  • Laat bladeren, takken, hout of een composthoop in je tuin liggen. Hier kan een egel schuilen en voedsel vinden.
  • Plaats een egelhuisje in je tuin.
  • Gebruik geen gif (slakkengif, insecticiden), egels eten heel wat ongewervelden en krijgen zo grote hoeveelheden gif binnen.
  • Zet een laag schaaltje met vers water neer.
  • Je kan egels bijvoeren met kattenbrokjes of speciaal egelvoer. Geef geen melk of brood, daar kunnen egels niet tegen.
  • Plaats bij diepe vijvers met een hoge rand een plankje zodat de egel eruit kan klimmen.
  • Hang netten 30 centimeter van de grond zodat egels er niet in verstrikt raken.

Vleermuizen

Deze nachtelijke vladderaars hebben wel iets spookachtigs. Maar de vleermuis is een ontzettend nuttig dier in je tuin! Ze fungeren als natuurlijke insectenbestrijders en ze eten veel. In één nacht moet een vleermuis een derde tot een kwart van zijn eigen lichaamsgewicht aan insecten eten. Dat komt al snel neer op drieduizend insecten! Dankzij sonartechniek behoren vleermuizen tot de meest doeltreffende jagers van de nacht. Helaas hebben de vleermuizen het door de verstedelijking, nachtelijke verlichting en de pesticiden erg zwaar.
Wil jij vleermuizen naar je tuin lokken?

  • Hang een vleermuizenkast op in je tuin. Hang deze aan een stevige boom, op een rustige plek met de voorkant richting het zuiden.
  • Plant bloemen en planten waar nacht actieve insecten op af komen zoals de siertabak, damastbloem, grote teunisbloem, zeepkruid, nachtschone en nachtviolier.
  • Gebruik geen insecticiden of pesticiden op je tuin om onkruid of plaagdieren te bestrijden.
  • Haal je katten in de zomer voor de schermer naar binnen, zodat de vleermuis ongestoord zijn slaapplaats kan verlaten om zijn jongen te voeren.
De mol

Deze noeste graver drijft veel tuinders tot wanhoop. Daar gaat weer een mooi stuk gemaaid gazon of grasveld! Mensen hebben maar weinig geduld met deze blinde tuinbewoner. Maar hopelijk zul je na het lezen van dit stukje de mol meer gaan waarderen en omarmen als medebewoner van je tuin. De voordelen van de mol:

  • Mollen eten niet alleen wormen. Ze eten ook die beestjes die de wortels van jouw planten aantasten.
  • Daarnaast doen mollen aan grondverbetering, want door zijn gegraaf mixt hij de humus uit de bovenlaag met de diepere aarde. Dit is een groot voordeel voor je planten.
  • De gangen zorgen voor een betere afwatering in je tuin.
  • De gangen die de mol graaft zorgen voor een betere afwatering in je tuin.. Het graven houdt de grond luchtig en los.
  • De molshopen die je ziet zijn van tijdelijk aard, wanneer een mol klaar is met het graven van zijn gangen stopt het ontstaan van meer molshopen. Wanneer je de mol verwijderd, vangt of wegjaagt, dan komt er waarschijnlijk binnen mum van tijd weer een nieuwe mol die dan weer nieuwe gangen gaat graven, met de bijkomstige molshopen. Als je de mol laat zitten blijft het erbij, want ze zijn erg territoriaal. Dus, omarm je mol! Hark de molshoop gewoon uit en plant er bloemetjes op.
  • Let er wel op dat je in je tuin geen gif gebruikt, want dit is slecht voor bijen en andere insecten. Vooral bestrijdingsmiddelen met neonicotinoïden zijn erg schadelijk. Koop daarom je planten bij biologische kwekers, zodat je zeker weet dat de planten niet zijn bespoten met middelen die slecht zijn voor de bij. Een lijstje van biologische kwekers en webwinkels vind je onderaan onze pagina over biodiversiteit.

Bron: AVVN samen natuurlijk tuinieren

In samenwerking met Utrecht Natuurlijk.